Met zekerheid kunnen we stellen dat de oorsprong van de familie Reubsaet ligt in de oude gemeente Broeksittard. Broeksittard werd op last van de Duitse bezetter in 1942 toegevoegd aan de gemeente Sittard en is thans een wijk van de gemeente Sittard-Geleen.
Het oude Broeksittard ligt tegen de Duitse grens ten oosten van Sittard. Broeksittard was in 1866 een kleine gemeente bestaande uit vier straten met bebouwing. Het overige gebied van de gemeente bestond uit akkerland, weiland en bos met daar doorheen verbindingswegen.
In 1866 had de gemeente ter grootte van 210 bunder (ongeveer 210 hectare) 630 inwoners, in 1930 waren het er 899.
Ten zuiden van het dorp Broeksittard liggen dicht bij elkaar twee hoeves die worden genoemd in oude stukken waarbij de familienaam Rubsatz of Rubsam voorkomt.
De Lahrhof en de Haagsittardhof hebben dus een rol gespeeld in de geschiedenis van de familie Reubsaet die ook als pachter van de Lahrhof worden genoemd.
Tussen 1590 en 1750 waren voorvaderen werkzaam op de Lahrhof en mogelijk ook op de Haagsittardhof. Of er voor 1590 al mensen met de naam Reubsaet woonden in dit gebied is (nog) niet bekend, maar wel aannemelijk.
In oude doopregisters treffen we aan ene Reiner Bonen, zoon van Johan Bonen en Gertgen Rubsatz. Reiner werd gedoopt op 8 maart 1616 in de Petruskerk te Sittard. Bij die doop waren Reinken Rubsam en Lissbeth Rubsatz getuigen. Bij de vader, Johan Bonen wordt vermeld "oder Rubsam von Lahr".
Reiner had nog een oudere broer Arien Bonen. Arien was gedoopt op 1-11-1595 te Broeksittard met als getuigen Batzgen (Cornelia) Rubsatz.
Batzgen Rubsatz komen we eerder tegen als moeder van Anna Bonen gedoopt 29-11-1592 en Mees Bonen gedoopt 11-12-1594. Batzgen was gehuwd met Mewiss Bonen. Batzgen zal dan op zijn minst 18 jaar zijn geweest waardoor de eerste vermelding met de achternaam Rubsatz ergens in 1575 te vinden moet zijn. Of dit ook in Broeksittard is is waarschijnlijk, maar de familie kan ook uit Duitsland komen. In Duitsland is de naam Rubsamen een redelijk vaak voorkomende naam. Wellicht stammen we daar van af.
Klik in het blauwe kader voor een detail van de kaart.
Aannemelijk is dat zowel leden van de familie Reubsaet of Rubsatz en de familie Bonen ook wel Bohnen, destijds werkzaam waren op de Lahrhof en mogelijk ook op de Haagsittardhof.
Hun woonstee hadden ze in Broeksittard en via Stadbroek uiteindelijk in het centrum van Sittard.
Van de Sittardse tak zijn geen afstammelingen meer bekend. De laatst bekende is Jean Baptist Victor Reubsaets een zoon van Theresia Johanna Reubsaet (vader onbekend), een zus van Jan Nicolas Reubsaet alias Duce de Camposelice. Jean Baptist Victor draagt de naam van zijn grootvader en overleed op 29 december 1957 te Arnhem.
De huidige bewoners met de naam Reubsaet in en rond Sittard stammen hoofdzakelijk af van de Elsloose tak.
De bekendste nazaten van de Sittardse tak zijn Julien Reubsaets en Jan Nicolas Reubsaet beiden vertrokken naar Brussel. In hun kielzog gingen nog enkele Reubsaets naar Brussel. Heden ten dagen leven er nog altijd nazaten in en rond Brussel. Jan Nicolas trok verder naar Parijs en leefde daar in grootte welvaart als Duce de Camposelice. Zijn graftombe vinden we nog achter de kerk van Pennedepie in Normandië.
Joannes Wilhelmus Reubsaet huwt in 1734 met Maria Catharina Feijs. Hij is afkomstig van Sittard en zij van Doenrade. Het echtpaar gaat dan in Klein Doenraedt, gemeente Oirsbeek wonen. Uit dit huwelijk worden vijf kinderen geboren. Twee jongens overlijden jong op 10 en 19 jarige leeftijd. Hun zoon Lambertus Reubsaet vertrekt rond 1767 naar Elsloo en is daarmee de stamvader van de Elsloose tak. Van hieruit zien we naamgenoten verhuizen naar Beek, Geulle, Ulestraten, maar ook naar Heerlen waar Willem Hubert Reubsaet een aannemersbedrijf heeft. Een broer van Lambertus, Winandus Reubsaet, vertrekt in 1773 van Klein Doenraedt naar Rotterdam van waaruit de familie zich verspreidt in West-Brabant, hoofdzakelijk in het Brabantse Oosterhout onder de naam Ribzaad. De naam wijzigt al binnen een generatie in Ripzaad, waarom de naam wijzigt is onduidelijk.
Joannes Wilhelmus Reubsaet gehuwd met Maria Catharina Smeets, een oudere broer van Lambertus en Winandus, blijft in Klein Doenraedt wonen en heeft daar een smederij. Hij houdt zich naast de smederij bezig met kleinschalige akkerbouw en en het houden van vee. De familie Reubsaet blijft tot ca. 1880 in Klein Doenraedt wonen, daarna verhuizen ze naar Jabeek en Schinveld. Waarom de familie vertrekt uit klein Doenraedt is niet helemaal duidelijk, maar hier moet een ingrijpende gebeurtenis aan vooraf zijn gegaan. Jan Nicolaas Reubsaet en Catharine Josephe Debije vertrekken uiteindelijk naar Schinveld. Hun zoon Nicolaas Joseph vestigt zich in Jabeek en zoon Pieter Joseph in Schinveld.
De broers Jan Arnold en Joseph Hubertus, broers van Jan Nicolaas, vestigen zich in Troyes Aube in Frankrijk en een broer Pieter Leonard gaat naar Luik.
Er is ook nog sprake van Joannes Theodoor Reubsaet die in 1905 huwt in Bockum-Krefeld en zich daar ook vestigd. Nazaten van hem vinden we terug in Traar, Krefeld en Duisburg. Een dochter Johanna Elisabeth (Liza) huwt in 1932 in Maastricht met Petrus Hubertus Sanders.
En gaat met haar gezin in Maastricht wonen. Een andere zoon van Joannes Theodoor, Heinrich raakt vermist in WO II en is nooit meer teruggevonden.
Dan hebben we nog Rosa Reubsaet die in 1862 vertrekt uit Sittard als emigrant naar de Verenigde Staten van Amerika. (Mogelijk is dit dezelfde persoon als A.9.1.1.6. Anna Rosa Reubsaet). In die tijd werden alle imigranten voor de VS opgevangen op Ellis Island en daar gerigistreerd. Na toelating trokken ze dan verder het land in. Zij zou in oude documenten van Ellis Island te vinden moeten zijn. Van haar is verder niets bekend.
De Lahrhof
Op de gevel van het westelijk deel staat het jaartal 1760, maar het goed is zeer veel ouder, hoe oud weten we niet. Het was een leengoed afhankelijk van de heer van Born en stamt waarschijnlijk uit de middeleeuwen. De oudste vermelding die we thans nog kennen is van 1460. De administratie van de Bornse leengoederen is in de loop der geschiedenis verloren gegaan, zodat we nooit meer de oorsprong zullen kennen.
De hoeve was in de 16e eeuw in handen van de familie Behr van Lahr, die onderling vele processen voerde over het bezit van de hoeve, tot in de destijds hoogste instantie, het rijkskamergerecht in Speyer. Uiteindelijk komt de Lahrhof in eigendom van de familie Houtappel uit Maastrich. Zij verkopen het geheel in 1889 aan Charles de Limpens van kasteel Doenrade. Hij vermaakt Lahrhof per testament in 1893 aan de Weldadige Stichting Jan de Limpens, die nu nog altijd eigenaar is van het complex.
De beide helften waren steeds verpacht. Ook over de pachtersfamilies (bijvoorbeeld Kamps, Ruers, Reubsaet, Banens, Frijns, Damoiseaux, Eussen, Renckens, Giesen, Schiffeleers, en sinds 1869 tot op heden de familie Vroemen) is het nodige beschreven.
Haagsittardhof
De naam van een zeer oude pachthoeve in het oosten van Sittard.
De boerderij heeft ook de huidige wijk Haagsittard-Park haar naam gegeven. Archeologische vondsten hebben aangetoond dat Haagsittard vroeger een klein dorpje was. De oudste vermelding van Haagsittard is uit het jaar 1144. Op 23 februari 1270 schenkt Jutta van Ravensberg, vrouwe van Sittard, haar eigendom te Haagsittard aan de Munsterkerk te Aken.
De nederzetting schrompelde in de loop van haar bestaan ineen tot een boerderij die tot in onze tijd is blijven bestaan.
Momenteel heeft de hoeve geen boerderijfunctie meer.